Het ontstaan van Teylers Museum gaat terug tot het einde van de achttiende eeuw, 1784 om precies te zijn. In dat jaar opent de Ovale Zaal, het historische hart van het huidige museum, haar deuren.
Rijk geïllustreerde boeken achter groene gordijnen en kippengaas krijgen er een plek, naast een bijzondere verzameling mineralen, natuurkundige instrumenten, sterrenkijkers en een unieke collectie tekeningen die in 1790 in Italië voor het museum worden aangekocht. Deze aankoop is spot on, zo zitten er maar liefst 25 tekeningen van de beroemde Italiaanse kunstenaar Michelangelo bij.
Een eeuw later is de Ovale Zaal te klein geworden. Het is, ondanks de bouw van een leeszaal en een schilderijenzaal aan het begin van de negentiende eeuw, proppen geblazen. De vijf bestuursleden van Teylers Stichting (die tot op de dag van vandaag ‘directeuren’ worden genoemd) besluiten daarom ter gelegenheid van het eeuwfeest tot een echt grote uitbreiding richting het Spaarne. Tot op de dag van vandaag zijn hier de natuurwetenschappelijke instrumenten te zien – met als hoogtepunt de Grote Elektriseermachine, waar keizer Napoleon Bonaparte speciaal voor naar het museum afreisde – en de verzameling fossielen, vaak tientallen miljoenen jaren oud.
Voor de entreehal en de voorgevel kiezen
de directeuren na veel vijven en zessen een
ontwerp van de Weense architect Christian Ulrich.
De gevel in renaissance-stijl is beduidend groter
dan de overige huizen aan dit deel van het Spaarne,
het is overduidelijk bedoeld om te imponeren. Bovenop staat een beeldengroep die Teylers
Museum symboliseert: Wetenschap en Kunst
door Faam bekroond. De rijkversierde gevel
wordt opgetrokken uit hardsteen en zandsteen.
Een kleine 140 jaar nadat de gevel is voltooid
vaart Johan Venema in zijn bootje langs het museum. Hij kent het museum niet, maar is onder de indruk van het gebouw. Wel valt zijn professionele oog gelijk op de vervuiling van de gevel en de vele verstoringen. Sommige delen zijn eerder gerestaureerd en daardoor anders verkleurd. Wat een stralende, lichte gevel
zou moeten zijn, is een grijs-zwart, rommelig
geheel geworden.
Vrijwel meteen na zijn boottocht neemt Johan contact op met het museum. Zijn bedrijf, Venema Restauratie, werkt al een tijd met een innovatieve techniek om historische gevels in hun oude luister te herstellen. Met laserstralen verwijderen zijn collega’s – veelal specialisten uit Italië – het vaak eeuwenoude vuil zonder het steen aan te tasten. Na het zien van enkele voorbeelden, waaronder het stadhuis van Leiden, besluiten we de gevel grondig op te knappen. In maart is daarom de voorgevel ingepakt (was het je opgevallen? In onze vernieuwde huisstijl!) en is het laseren begonnen.
In juli start de festivalzomer weer in Teylers. Acht weken lang staat het museum in het teken van Vier de zomer in Teylers. In vrolijke, zomerse sferen hebben we voor oud en vooral ook jong een uitgebreid programma met activiteiten als een bezoek aan de Sterrenwacht of de historische bibliotheek (beide normaal gesproken niet toegankelijk voor bezoekers) of een vrijdagmiddagconcert op de binnenplaats
van Pieter Teylers Huis. Vlak voor de start hiervan onthullen we de gevel en gaan we een stralende
zomer in aan het Spaarne!
Beeld: Wieberig Krakau