Ruim vier jaar gelden werd me gevraagd of het geen leuk idee zou zijn als ik voorzitter zou worden van het bestuur van COC Kennemerland. ‘Nee, absoluut niet’, antwoorde ik resoluut, ‘mij niet bellen.’
Even voor wie het niet weet: Het COC is de oudste belangenbehartiger van lhbti+-ers ter wereld. De vereniging bestaat ruim 75 jaar en is opgebouwd uit twintig onafhankelijke deelverenigingen en COC Kennemerland is er daar een van.
Na die botte afwijzing bleef het toch knagen. Ik had groot respect voor het werk dat de vereniging deed en doet, maar ik voelde me er totaal niet door aangesproken. Natuurlijk had ik persoonlijk geprofiteerd van alles wat het COC door de decennia heen voor elkaar had gebokst. Zo voelde ik me veilig op straat, had ik mijn pensioen goed kunnen regelen en was ik zelfs getrouwd. Maar toch had ik er ook een afkeer van. ‘Ruziënde tuinbroeken’ was mijn kort-door-de-bocht samenvatting.
Nadat ik Kennemerland mocht vertegenwoordigen op het Nationale COC Songfestival moest ik mijn beeld aanpassen. Ik zag een veelkleurige, diverse en vooral lieve groep mensen. Ook leerde ik wat het COC allemaal doet. Van feesten tot voorlichting op scholen, tot politieke lobby en ondersteuning van lhbti+-ers die het moeilijk hebben.
En dus besloot ik het toch te doen. Ik stapte uit mijn witte, goedgeregelde D66-bubbel de wondere wereld van lhbti+ in. Het werd een stevig lesje realiteit. We heten wel de regenbooggemeenschap, maar veel leden zien niet vaak de zon schijnen. Ze lopen permanent in de regen. Pesten, uitschelden, uitsluiten, eenzaamheid, geweld; ook in onze brave links-liberale stad komt het met grote regelmaat voor. Er ging een pijnlijke wereld voor me open.
Tot mijn verbazing gaat het er ook binnen de regenboogfamilie vaak hard aan toe. Het COC heeft niet het monopolie op lhbti+, maar is wel de oudste en grootste belangenvereniging. En hoge bomen vangen veel wind. Daarom was ik veel tijd kwijt aan het verdedigen van ons beleid richting mensen waarvan ik dacht dat we hetzelfde doel nastreefden. Daar schrok ik van. Ook had ik vaak moeite met de lange tenen van veel lhbti+-ers. Ik moest voortdurend op mijn woorden passen en iedere politiek-incorrecte misstap werd me direct kwalijk genomen.
Ondanks deze stevige levenslessen kijk ik terug op meer hoogte- dan dieptepunten. Ik denk dat we met elkaar COC Kennemerland verder hebben uitgebouwd tot een echte levende vereniging. Het aantal activiteiten dat we alleen of samen met partners organiseren is sterk toegenomen. We bereiken en helpen meer mensen en praten in alle gemeenten in de regio mee over beleid dat de samenleving veiliger en rechtvaardiger maakt voor alle lhbti+-ers. En we hebben een paar dikke feesten gegeven.
Mijn rol wordt nu overgenomen door Roy Dongen. En ik voorspel nu: met Roy gaat COC Kennemerland nog een paar spectaculaire stappen maken.
Ik stap nu terug naar mijn veilige bubbel, maar wel gelouterd en met een beter begrip van hoe gezegend mijn leven is.
Fotografie: Linda Llambias